Wip op, die tegel

Voordracht in de riemsdijkstraat

Hip-Hop

Die tegels, wip ze op
Daar knap je van op
Daar staat nu de hop
Klimt tegen gevel op
Tot de nok, tot de top
Rolt als drop-veters
Af uit wortelstok
Met meters
Alle uren van de klok
Langs de muren van het blok
De hoogte in
Ook blauwe regens
Maar ik heb zin
In de hop
Want dat is hip, nog steeds
Daarmee brouwt men IPA’s
Met gerst en mout, in wezen
Op een steen-worp
In dit dorp, of deze stad
Brouwerij het Rad
Van Wageningen
Indian Pale Ale’s
Of Pils
Voor ieder wat wils
Het bier dat maakt je speels
En laat je zingen

Humulus lupulus

Houd me van de domme de
Ogen vertroebeld een loep
Komt wel van pas
Zie alles dubbel diffuus, als hoemoes
linke soep, beschonken geknipt
dus nu een coup de luxe, niet pluis
Tong wel wat versoepelt, plus
Ze verzoeken me op te hoepelen
Roep gerust, met vuist naar het fust
Humulus lupulus

(Roep, toeterend tot fust
met gebalde vuist

Ik ben er in ge-
Humulus Lupuluist)

Hopbellen

Over praten met planten
Hoor je mensen soms vertellen
Ik vond het raar maar
Zie toch echt wel de hop-bellen

Hip-Hop?

Drie elementen:
In groen graffiti aan de muren
Ik heb die tekst voor uren
Nu enkel nog breakdance
Om tegen hip-hop aan te schuren

Kiemrijk

Alvorens we beginnen
Zitten we goed? “Riemsdijkstraat”?
Ik zweren dat Uw voet nu in het “kiemrijk” staat

Tiptop

Tip top in orde
Met die klinkers en plavei
Kinderkopjes, tegels
Beton uit cement brei
We bouwen onder tenen
Recht zo die gaat
Met klauwen leggen stenen
Vlechten die straat

Mobiliteit

Zo maken we een vlak voor wielen
Om te rollen met gemak, mobielen
Sjezen, lage weerstand, door de stad
Met fiets, scooter, auto, op pad
Over basalt, asfalt, verharde lagen
Met steps, rollator, kinderwagen
Soepel als sjoelen, racen
Boards, rolstoelen, skates de
Wegen over

Schone straten

Overigens;
Makkelijk schoon te vegen
Rommel en troep
Met borstels en bezems
Opeen van de stoep
En is dat nog niet genoeg,
Wel verruk
Resterend smeer spuit je weg
Met hoge druk

Robuust

Én; weerbarstig; in strijd
Tegen verandering
Versteend in de tijd
Als rots in de branding,

Wonen

Dus; we stapelen blokken
Als torens, tot muren
Vier nu voor jou
En vier voor je buren
Vrijstaand, of complex
Van appartementen
Flats, en kantoren
En winkels daar slenter je
Op stenen
Langs stenen
Én de laatste mode
In containers
Van stenen
Verplaatsen we, wonen
We samen, dat heet dan of heten
Mits groot genoeg
De stapel van stenen
Een stad of steden

Wauw

Naast mobiel, te verschonen
Of om in te wonen
Levert beton niet alleen “wauw”
Niet altijd prijs
Maar ook het grauw
En ook het grijs

Onbevoegd

Want, hoe onveranderlijk
Ze soms ook lijkt
Wie lang genoeg kijkt
Ziet dat ze vergruist
Scheurt, splijt
Wordt poreus,
Als botten, ‘t is heus
Brokkelt af
door de tijd

Kierkiem

Daar in die spleten
Poriën scheuren
Daar in teloorgang
In gaten en breuken
In verval prijkt een lampje
Daar schittert groen licht
Twee blaadjes sterk
Dat groeit en het richt
Zich op in brokstukken
Ruïnes en puin
Zich op aan het drukken
Met worteltjes fijn

Ontwikkeling

In contrast met gesteente
Vanaf de winter
Ontwikkelt ze, kiemt ze,
Komt boven
Zwelt op in tig
Van knopen, ogen
Beweegt, begint
Uit te lopen
Ontwaakt uit oksels, kronen
Of rechtstreeks uit hart
Met smart
wachten we Maart
af, tot ze weer leeft en voedt
Groeit en bloeit
Inspireert,verrijkt
Kleurt en boeit

Habitat

Van steen onderscheiden
Wordt ze sterker door tijden
Verhout, als stam of bast
Verzorgt habitat
Voeding en ook woning
Veroorzaakt de vertoning,
Van een
Organische stad
Tussen tak en blad;
Luizen, spinnen, pissebed
Soldaatjes, vlinders, internet
Een web van taxa in relaties
Organisch ontstaan een
paar niches, innovatief
die zich laten
benestelen, bekruipen,
insecten die bedruipen
Zich ermee,
Gezoem op drift, gevel beeft,
Bijen kolken als donderwolken
Van de bloesem die ze geeft

Waterbalans

En, mét een goede aarde
Helpt ze bij water-
overlast, want ze infiltreert,
verdampt, breekt de druppels,
houdt ze vast
Zo reguleren planten
Met een bodem, ook vol leven,
de kringloop van
grondwater, wolken,
en dan ook weer regen

Hittestress

Als sponzen, En Masse
Houden stenen warmte vast
van de zon z’n, lichtstralen
in winter, wel aange-
naam, maar ‘s zomers
dan worden we aangedaan
Hulpdiensten schieten
in de bres
De zon die schittert;
Hittestress

Climate control

Airconditioning, Climate control
Fotosynthetische parasol
Hoogst efficiënte zonnepanelen;
Want het zijn multi-functionele

Die energie verdelen
In voeding voor de bodem,
Damp koelt, wordt wolken
Plus gebroken
Zonlicht, habitat
En ook de bloemen
Die nu kolkend wit, roze, geel
Lente laten zoemen; in April
Dus ook schoonheid, beleving
Niet vergeten, zingeving
Je krijgt zin in dingen
Met ver-bin-ding-en
Tussen mens, plant dier
Laat het indringen
Om met je kont in te rollen
Maar liever niet die hondendrollen
[herhaling]
Airconditioning, Climate controle
Fotosynthetische parasol de
Hoogst efficiënte zonnepanelen;
Want het zijn multi-funcitonele

Sierfruit

De zon hoger,
de dagen langer
Tot in de zomer
in plaats van de
bloemen daar de
bessen hangen
Niet enkel vogels vieren
Maar óók de mensendieren
Gat in de lucht
Zo gaat ze hand in hand
Een plant, om de vruchten
én te sieren

Wip-op

Wip op, die tegels
En die stenen en plavei
Ga heen met dat beton
Zet je tenen in de brei
Van zwarte aarde
Wees niet nerveus
Ook je vingers en je neus
Vergroot de waarde
In je buurt,
Van dat waar je
dagelijks naar tuurt

Riemsdijkstraat

Een straat met
Gemeentelijke monumenten
Daar slenter je
Op stenen
Langs stenen
En een paar bomen
Gehavende robinia’s, een trooste-
loze boel, maar dan,
bewoners op de stoel
van kapiteins
Het roer gaat om
We gijpen,
Geen kapseizen,
Met gemeente in conclaaf, om tafel
In een jaar wordt ontrafeld,
De puzzel,
gaan banden er als stukjes in
Ook de aarde, min
De planten
Die taak voor bewoners van de
Riemsdijkstraat,
die zij laten floreren
Met p9’s om het tij te keren
En welke, op zijn beurt,
hen opfleurt
Doet opbloeien
Gezamenlijke plannen,
Uit mouwen met de handen
Niet te vermoeien
Collectief, bemoeienis
Interactie in de wijk
Dat is niet mis
Samen handen in het slijk
Boter bij de vis

Bankwezen

Met planten, bomen,
En de bodem, onder-ons
Boven-, en onder-gronds
In wezen, verbindt ze zo
Een stad, van wezens
Met minstens, 25
plantensoorten,
Ik heb ze hier paraat
Verbindt het ook bewoners,
Met een bankje op de straat
Tijdens of na het harde werken
In het park van perken
Met koffie en met taart
Om samen aan te sterken

Straatinternet

Als glasvezel, modems
In de bodems
Of wortels, schimmeldraad
In een web, inderdaad
Door de gronden,
Zijn lijntjes nu verbonden
Internet van de straat

In verband

De beste stuurlui, aan de kant
Bewoners aan het roer nu
Ironisch, of komisch, door
Bestrating in verband

Gespuis

Pleur die keien er maar uit
Bel naar de gemeente
Die gaat banden aan en sluit
op, de rest van het gesteente
foto van de voordracht in de Riemsdijkstraat

De Wageningse Plant-4-daagse staat in het teken van stadsvergroening en de samenwerking tussen bewoners onderling, alsook met de gemeente. Op donderdag 11 april 2024, werden aaneensluitend twee groenprojecten feestelijk geopend. Eerst werd een geveltuin met hop, blauwe regen (en meer) aan de pleinzijde van het stadhuis geopend, waarbij het Rad van Wageningen de hopbellen zal verwerken in hun bieren. Vervolgens was het tijd om het buurtgroen in de Riemsdijkstraat te openen, dat voortkomt uit gezamenlijk bewonersinitiatief in samenwerking met de gemeente. Hieruit is een gedichtenslinger ontstaan die zowel onafhankelijk als als reeks te lezen zijn, met het thema; Wip op, die tegel!

Bob ter Haar

SLUIT
SLUIT