Wageningen let op uw saek

of hoe een open stadsgracht open ogen vergt

Er liggen bunkers voor de binnenstad getekend
hoger dan de Hoogstraat, berger dan de Bergstraat,
zwaarder dan het zwaarste water
van die op te graven gracht
waar iedereen brood in ziet
maar niemand geld in wil steken.

Krijgt de ontwikkelaar echt zijn zin,
zijn volk en raad zo mak als het schijnt?
De laagste drempel voor het hart,
entree naar gracht en Markt,
Bergstraat, bieb en Hoogstraat,
verkwanseld voor wat water?

Bovenin komen aardige mensen,
je gunt ze hun auto in de bunker vlakbij.
Op de tekening brengt een serveerster blij
bestellingen naar het terrasje
aan het grachtje. Tja, we hadden alles
toch wat stadser gedacht.

Een ondernemer heeft Van der Kolk bewaard,
een stijlvol echt Wagenings welkom.
Wie redt de Stationsstraat? Zoveel gebeurd,
nu treurend, wachtend, afgeleefd.
Met durf word jij een klassiek vervolg.
Of zijn je dagen geteld?

Onze naam is groot maar onze daden benne klein,
‘t stagneert op braakland Kirpestein
aan de drukste weg door een zwijgende stad,
die zijn gracht voor de passanten,
even zoveel klanten, verbergt
achter Parkeren en een heg.

Je kan nóg zo mooie folders maken,
bezwerend ‘bruisend’ roepen,
‘Proef Ons’, ‘samen’ en ‘Task Force’ –
met een hand die neemt wat de andere geeft
is het dweilen met de kraan open.
Dus Wageningen, let op uw saek!

Laurens van der Zee, stadsdichter van Wageningen, maart 2014,
naar aanleiding van de discussie over het heropenen van de stadsgracht, waarin vraagtekens bij de door de ontwikkelaars getekende massale nieuwbouw al jaren taboe zijn. Let wel, ook de dichter is voor open, maar dan echt, en totaal!

SLUIT
SLUIT